Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En er was een beving in [28]het leger, op het veld en onder het ganse volk; de bezetting en de [29]verdervers beefden ook zelven; ja, het land werd beroerd, want het was [30]een beving Gods. 28. Te weten, in het leger der Filistijnen. 29. Te weten, die soldaten, die uitgetrokken waren om het land te verderven, waarvan hfdst.13 vs.17, gesproken wordt. 30. Zie de aantekeningen op Gen.30:8. Hij wil zeggen dat het een verschrikking was, die God over hen zond; of een beving Gods, dat is, een zeer grote beving.